dan kan ik je blij maken :
Zowel de doolhof als het doolhof is juist.
Van Dale (2005) en Koenen (2006) vermelden zowel de doolhof als het doolhof. Het Groene Boekje (2005) vermeldt alleen de doolhof, maar op de website van de Nederlandse Taalunie wordt het doolhof toch ook juist genoemd. In de praktijk komt het doolhof vaker voor dan de doolhof.
In oudere woordenboeken staan de doolhof en het doolhof naast elkaar, onder andere in het Woordenboek der Nederlandsche Taal. Van Dale vermeldde in de zevende druk (1950) beide lidwoorden, vanaf de achtste (1961) tot en met de dertiende druk (1999) alleen maar de, en in de veertiende druk (2005) staat weer de én het.
Doolhof is opgebouwd uit het werkwoord dolen ('dwalen') en het zelfstandig naamwoord hof in de betekenis 'tuin'. Hof kon vroeger zowel mannelijk als onzijdig zijn, maar gaandeweg ontstond het volgende betekenisonderscheid:
de hof (mannelijk) werd gereserveerd voor de betekenissen 'tuin', 'boomgaard' en 'halo' ('lichtende kring om de zon of de maan' en 'kleurige kring rondom de tepel van een vrouwenborst');
het hof (onzijdig) werd gereserveerd voor onder meer 'erf', 'binnenplaats, plein', 'woonplaats van een vorst', 'hofhouding', 'eerbiedige opwachting' (zoals in de uitdrukking iemand het hof maken) en 'gerechtshof'.
Aangezien het bij doolhof om het mannelijke hof ('tuin') gaat, ligt de doolhof meer voor de hand, maar uit citaten blijkt dat het doolhof – ook in de schrijftaal – is blijven bestaan. Er is dan ook geen enkele reden om het doolhof af te keuren.
ik had het vroeger op mn werk...zei altijd "het factuur"....
mn manager lachte altijd als ik dat zei, en vroeg op een gegeven moment of ik een turk was ofzo...
ik gooi de het op hetzelfde stapeltje als bijv 'het boek, "het blad" (waar het op staat)....vind "de factuur" nog steeds niet klinken...
heb gewoon last van dat kwart stukkie duits in me
het duitser....