Iedere improviserend musicus heeft een idioom: bepaalde loopjes en akkoorden die hij/zij vaak gebruikt. Dat idioom wordt al spelend aangeleerd en uitgebreid. Natuurlijk zijn er ook veel dingen van anderen overgenomen.
Een saxofonist als John Coltrane is herkenbaar aan 'zijn' loopjes. Hij had er natuurljk erg veel, maar echte jazzkenners herkennen ze meteen.
Typisch zo'n 'onlogisch' muziekgegeven.
Jazz muzikanten vragen bij improvisatie altijd naar de 'changes', oftewel het akkoordenschema. Vaak is het antwoord dan 'blues' of 'rhythm'. De eerste term duidt op het bluesschema, toch wel al om bekend, het andere verwijst naar het Gershwin nummer 'I got rhythm', oftewel C - Am - Dm - G. Deze schema's worden erg vaak gebruikt. En laat daar de term 'rhythm & blues' vandaan komen... Muziek is door mensen gemaakt, niet door logica.
Improviseren leer je alleen maar door luisteren naar anderen en veel
nadoen.
Wat een luie 'a'...
dus...
OEFENEN!
Gitaren zijn instrumenten waarop moduleren vaak alleen maar opschuiven is
Toch ligt de kracht van het instrument in de wijze waarop alles wordt afgesteld en bespeeld. Van de piano kan je zeggen dat die altijd als een piano klinkt, terwijl Jimmi Hendrix z'n gitaargeluid duidelijk afsteekt bij bijvoorbeeld dat van Mark Knopfler. Het is een uiterst flexibel en daardoor een veel persoonlijker instrument dan bijvoorbeeld een synthesizer. Zo-wie-zo omdat de muzikant met z'n vingers het geluidvormend deel van het instrument, de snaren, rechtstreeks bespeelt. Bij de piano zit er een mechanisme tussen en de synth... ach ja... Maar het meest persoonlijk instrument is toch wel de menselijke stem.
Wout
Was Gershwin een neger?
Pfoei,dat valt niet mee... een stukje schrijven op de computer en een groep 4 basisschool runnen