Vermogen:
Ik ken dat verhaal ook: als de versterker te licht is gaat hij clippen, dit zou de tweeter vernielen. Als dat zo is waarom blijft mijn tweeter dan heel als ik met een synth blokgolven maak? Dit is immers een soort van afgeplatte sinus.
Meer is niet altijd beter. Het gaat er om dat versterker, luidspreker en ruimte op elkaar zijn afgestemd. Meer vermogen betekend ook meer stroom in de voeding, dus grote elco's, dus meer piekstroom in de diodes, dus meer storing ('gruizigheid').
Vervorming:
THD (totale harmonische vervorming) is een zwaar overgewardeerd gegeven, het zegt weinig over de muziekale kwaliteiten van een versterker. Het is betrekkelijk eenvoudig om d.m.v. tegenkoppeling de vervorming naar beneden te krijgen, daar wordt het geluid echter niet noodzakelijk beter van. Mijn buizenbak heeft een THD van ~1% en toch klinkt hij stukken beter dan een NAD met 0,002% THD. Ja, hoor ik je zeggen, maar dat komt omdat de vervorming het 'mooier' maakt. Nee dus, dit kan namelijk niet verklaren waarom alles ruimtelijker klinkt, meer details hoorbaar zijn, de sweetspot groter is en nog zo wat.
Wat blijkt? De impulsresponse van de buizenbak (geen tegenkoppeling) is veel beter dan die van de NAD.
De metingen kun je
hier zien
Monitoring totaal anders:
Ik heb zojuist een zeer minimale setup gerealiseerd. De bron is een Benchmark DAC1. Deze stuurt via een Lundahl trafo direct een 300B triode aan welke met een uitgangstrafo aan de luidspreker gekoppeld is. Zegge en schrijve drie onderdelen tussen DAC en luidspreker.
Zie
alhier.
Disclaimer:
Ik heb geen 'neutraal' monitor systeem, en ik wil het ook niet hebben.