Het gras is inderdaad groener voor je oren.
Ik denk dat er een aantal factoren zijn die een analoog filter anders maakt dan de meeste digitale filters.
De meeste verschillen komen van non lineariteiten.
1) nonlineariteiten die ontstaan door verandering in amplitude van het ingangsignaal
Bij relatief grote ingangssignalen gaat het filter anders klinken, kortom vervorming. Ieder filter, met een andere topologie(Transistorladder, Diode Ladder, Sallen Key, State Variable ect), produceert andere artefacten. Het oversturen van het filter zit vaak standaard op een synth, bijvoorbeeld moog Rogue, daar kunnen de VCO's op overdrive gezet worden. Filters halen dus niet alleen iets weg maar voegen ook wat toe.
2) nonlineariteiten die ontstaan door verandering in frequentie van het ingangssignaal
dit is een wat subtieler verschil, de meeste filters hebben bijvoorbeeld een condensator voor de ingang, om de gelijkspanning van het ingangssignaal te halen, dit in combinatie met een weerstand zorgt altijd voor een hoogdoorlaat filter met een bepaalde kantelfrequentie. Als je de kantelfrequentie van een filter buiten beschouwing laat denk ik dat de frequentie karateristiek niet vlak is.
3)frequentieafhankelijke faseverschuivingen
ik weet niet hoe dat zit maar ik kan me haast niet voorstellen dat het niet gebeurd.
4)gain van het filter is afhankelijk van de q-factor van het filter, maar is ook niet helemaal lineair, en is ook weer frequentie afhankelijk.
Jouw filter klink dus te lineair. Lineair is voorspelbaar, hersenen houden wel van een beetje onvoorspelbaar. Behalve als ze het moeten vormgeven in software.