wat yoozer en ik schreef, osc-filter-amp-uit. maar ik denk dat dat niet duidelijk is. de golfvorm van een oscillator bepaald de klank dmv de gegenereerde harmonischen(boventonen), waardoor de klank, afhankelijk van welke golfvorm de oscillator produceert, een saaie piep(sinus), driehoek(fluitachtig), blokgolf(clarinetachtig), pulse(hobo achtig), zaagtand(viool/brass achtig), ruis(zee/wind achtig). dis ff sumier uitgelegd maar dan snap je het verschil tussen klank en boventonen een beetje. filters zijn net als koffie filters, ze houden iets tegen.
de dx werkt dus alleen met een saaie piep. maar het spannende zijn dus de fm ratio's. de verhouding tussen modulator en operator. hierdoor kan je de hier hierboven beschreven klanken maken, maar ook door de ratio verhouding te veranderen van zwaar debiele tot de meest heavy geluiden produceren. mn eerste schrijven maakte al duidelijk waarom er geen filter in de dx zit. amp-uit, dat is elke hardheid van de afzondelijke operators.
de dx werkt dus alleen met een saaie piep. maar het spannende zijn dus de fm ratio's. de verhouding tussen modulator en operator. hierdoor kan je de hier hierboven beschreven klanken maken, maar ook door de ratio verhouding te veranderen van zwaar debiele tot de meest heavy geluiden produceren. mn eerste schrijven maakte al duidelijk waarom er geen filter in de dx zit. amp-uit, dat is elke hardheid van de afzondelijke operators.
maar snap er geen drol van hoe ik het nu in de praktijk moet toepassen.
